ECLI:NL:CRVB:2013:1482
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C.P.J. Goorden
- A.I. van der Kris
- J. Riphagen
- Rechtspraak.nl
Herziening van de WAJONG-uitkering en de normale werkweek voor jonggehandicapten
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 21 augustus 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zutphen. De zaak betreft de herziening van de WAJONG-uitkering van appellante, die in 2010 was verlaagd naar een percentage van 35 tot 45% vanwege inkomsten uit arbeid. Het Uwv had bij deze beslissing de normale werkweek voor de maatman vastgesteld op 36 uur, in plaats van de door appellante gestelde 40 uur. De Raad oordeelde dat het Uwv terecht deze maatman had gekozen en dat appellante niet voldoende bewijs had geleverd om haar standpunt te onderbouwen. De Raad benadrukte dat het aan appellante was om aan te tonen dat een 40-urige werkweek gebruikelijk was voor haar functie, maar dat zij hierin niet was geslaagd. De rechtbank had eerder het beroep van appellante ongegrond verklaard, en de Raad bevestigde deze uitspraak. Tevens werd het beroep op het vertrouwensbeginsel van appellante afgewezen, omdat zij niet kon aantonen dat het Uwv haar een ondubbelzinnige toezegging had gedaan over haar uitkering. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en bevestigde de eerdere uitspraak, waarbij ook het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen.