Uitspraak
mr. F.H.M.A. Swarts.
OVERWEGINGEN
1 november 2007 ontbonden onder toekenning aan appellant van een vergoeding van
€ 212.441,-. In 2007 heeft appellant een onderneming onder de handelsnaam
“1. Indien de werknemer toestemming heeft verkregen van het UWV om werkzaamheden als bedoeld in artikel 77a, eerste lid, te verrichten en het recht op uitkering op grond van het tweede lid van dat artikel blijft bestaan, wordt de uitkering verminderd met 70% van de inkomsten uit of in verband met die werkzaamheden.
2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de inkomsten, bedoeld in het eerste lid, de berekening daarvan en de periode waaraan deze worden toegerekendˮ.
en heeft u geen andere inkomsten(cursivering Raad), dan hoeft u niets terug te betalen”. Gelet hierop kon appellant er niet van uitgaan dat enkel winst bepalend zou zijn voor de verrekening van inkomsten en had het op de weg van appellant gelegen om het Uwv te vragen wat de consequenties zijn van als loon verantwoorde inkomsten als directeur-grootaandeelhouder in het aanvangsjaar of in het daarop volgende jaar voor de verrekening van inkomsten. Op grond van de gedingstukken kan niet als vaststaand worden aangenomen dat appellant dit heeft gedaan. Van een tekortkoming aan de zijde van het Uwv is dan ook geen sprake geweest.