Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep tegen het besluit van 27 augustus 2010 ongegrond.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 juli 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage. De zaak betreft de intrekking en terugvordering van een toeslag op grond van de Toeslagenwet (TW) die aan betrokkene was verstrekt. Betrokkene ontving een toeslag in aanvulling op haar uitkering ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) voor haar jongste kind, dat in 2004 de leeftijd van 18 jaar bereikte. De Raad oordeelde dat het voor betrokkene redelijkerwijs duidelijk had moeten zijn dat zij ten onrechte toeslag ontving, aangezien het toekenningsbesluit en het aanvraagformulier enkel verwezen naar een kind onder de 18 jaar waarvoor kinderbijslag werd ontvangen. Hierdoor was betrokkene voldoende ingelicht over het vervallen van de hogere eenoudernorm bij het bereiken van de 18-jarige leeftijd door het kind.
De Raad heeft vastgesteld dat appellant, de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, terecht de toeslag heeft ingetrokken met terugwerkende kracht tot 11 november 2004 en dat er geen dringende redenen waren om van deze intrekking af te zien. Tevens was appellant verplicht om het onverschuldigd betaalde bedrag van € 11.554,90 terug te vorderen. De rechtbank had in haar eerdere uitspraak ten onrechte geoordeeld dat betrokkene niet redelijkerwijs duidelijk was dat zij ten onrechte toeslag ontving. De Centrale Raad van Beroep heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank vernietigd en het beroep van betrokkene tegen het besluit van 27 augustus 2010 ongegrond verklaard.