ECLI:NL:CRVB:2012:BY5198
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.C. Bruning
- T. Hoogenboom
- J. Brand
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van het ZW-dagloon en nabetaling loon in het kader van de Ziektewet
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 23 november 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Arnhem. De zaak betreft de vaststelling van het dagloon voor de Ziektewet (ZW) en de nabetaling van loon door de werkgever. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) had in een besluit van 4 februari 2011 het bezwaar van betrokkene tegen eerdere besluiten ongegrond verklaard, waarbij het dagloon was vastgesteld op € 37,81. Betrokkene, die niet verschenen was op de zitting, had verzocht om een loonnabetaling van haar werkgever te verwerken in het dagloon. De rechtbank had het beroep van betrokkene gegrond verklaard en het besluit van het Uwv vernietigd, omdat het Uwv niet had voldaan aan de zorgvuldigheidseisen bij de berekening van het dagloon.
In hoger beroep heeft het Uwv het oordeel van de rechtbank bestreden. De Raad overweegt dat de regelgeving omtrent de dagloonvaststelling vereist dat alleen wijzigingen in de polisadministratie die plaatsvinden in het refertejaar, invloed hebben op de hoogte van het dagloon. De nabetaling die betrokkene ontving, vond plaats na het refertejaar, waardoor het Uwv terecht het eerder vastgestelde dagloon heeft gehandhaafd. De Raad concludeert dat het Uwv niet onzorgvuldig heeft gehandeld en dat er geen rechtsplicht bestond om betrokkene tijdig te informeren over de correctiemogelijkheid.
De Centrale Raad van Beroep vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van betrokkene tegen het bestreden besluit ongegrond. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.