ECLI:NL:CRVB:2012:BX8342
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Ch. van Voorst
- C.P.J. Goorden
- A.I. van der Kris
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van ZW-uitkering op basis van geschiktheid voor arbeid na medisch onderzoek
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 26 september 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van de Ziektewet (ZW)-uitkering van appellant, die zich op 31 juli 2009 ziek had gemeld met psychische klachten. De rechtbank 's-Hertogenbosch had eerder het beroep van appellant tegen het besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) ongegrond verklaard. Het Uwv had op 29 juli 2010 besloten de ZW-uitkering per 5 augustus 2010 te beëindigen, na een medisch onderzoek door verzekeringsarts N.M.M. Kummeling. Deze arts concludeerde dat appellant, na een periode van spanningsklachten en een depressieve episode, weer geschikt was voor zijn werk als verkoper. Appellant had in hoger beroep zijn standpunt herhaald dat hij niet geschikt was voor zijn werk, maar kon dit niet onderbouwen met medische gegevens.
De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat er geen aanknopingspunten waren om het medisch onderzoek onzorgvuldig of onjuist te achten. De rechtbank had terecht vastgesteld dat de medische gegevens voldoende steun boden voor het standpunt van het Uwv. Appellant had ook verzocht om een onafhankelijk deskundige, maar de Raad oordeelde dat dit niet nodig was, gezien de zorgvuldigheid van het onderzoek. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak benadrukt het belang van medische onderbouwing in geschillen over arbeidsongeschiktheid en de rol van verzekeringsartsen in het proces.