ECLI:NL:CRVB:2012:BX4926
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verrekening van terug te vorderen persoonsgebonden budgetten met niet gerealiseerde AWBZ-aanspraken
In deze zaak heeft Zorg en Zekerheid de persoonsgebonden budgetten (pgb's) over de jaren 2005 en 2006 opnieuw toegekend, vastgesteld en gedeeltelijk teruggevorderd. Appellanten, bestaande uit vier personen, hebben in hoger beroep aangevoerd dat de terug te vorderen pgb's ten onrechte niet zijn verrekend met de niet gerealiseerde aanspraken op AWBZ-zorg over de jaren vanaf 2010. De Centrale Raad van Beroep diende te beoordelen of Zorg en Zekerheid de terug te vorderen bedragen aan pgb over de jaren 2005 en 2006 ten onrechte niet heeft verrekend met de niet gerealiseerde AWBZ-aanspraken van appellanten over de jaren 2010 en later.
De Raad heeft vastgesteld dat er geen wettelijke grondslag is voor een dergelijke verrekening. Zowel de Regeling Subsidies AWBZ als de Algemene wet bestuursrecht bieden geen mogelijkheden voor de verrekening van terug te vorderen pgb's met niet gerealiseerde AWBZ-aanspraken. De aangevallen uitspraak van de rechtbank Haarlem, die het beroep van appellanten tegen het besluit van Zorg en Zekerheid gegrond had verklaard, werd door de Raad bevestigd. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, waarbij mr. dr. M.F. Vermaat de appellanten vertegenwoordigde en mr. E.C.L. Noorman Zorg en Zekerheid vertegenwoordigde. De uitspraak vond plaats op 1 augustus 2012, na een zitting op 20 juni 2012.