ECLI:NL:CRVB:2012:BV0856
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- T. Hoogenboom
- J. Brand
- I.M.J. Hilhorst-Hagen
- Rechtspraak.nl
Intrekking van WAO-uitkering en geschiktheid voor eigen werk
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Alkmaar, waarin de intrekking van zijn WAO-uitkering door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) aan de orde is. De rechtbank had op 7 april 2011 geoordeeld dat het Uwv terecht had besloten de uitkering van appellant per 1 oktober 2001 in te trekken, omdat hij geschikt werd geacht voor zijn eigen werk. Appellant, bijgestaan door zijn advocaat mr. P. Heijnen, heeft in hoger beroep aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte het oordeel van de door de rechtbank ingeschakelde deskundige, psychiater G.F. Koerselman, heeft gevolgd.
De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten zoals door de rechtbank vastgesteld, overgenomen. De Raad heeft benadrukt dat het oordeel van een onafhankelijke deskundige in beginsel gevolgd dient te worden, tenzij er bijzondere omstandigheden zijn die aanleiding geven om van dit oordeel af te wijken. De Raad heeft vastgesteld dat dergelijke omstandigheden niet zijn gebleken. De deskundige Koerselman heeft zijn bevindingen uitgebreid gemotiveerd en de Raad heeft geen reden gezien om aan zijn conclusies te twijfelen.
Uiteindelijk heeft de Raad geoordeeld dat het hoger beroep van appellant niet slaagt en de aangevallen uitspraak van de rechtbank bevestigt. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 13 januari 2012.