ECLI:NL:CRVB:2011:BU1415
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van te veel betaalde toeslag op grond van de Toeslagenwet
In deze zaak gaat het om de terugvordering van een te veel betaalde toeslag aan appellante op basis van de Toeslagenwet (TW). De Centrale Raad van Beroep heeft op 21 oktober 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep, waarbij appellante in beroep ging tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Haarlem. De rechtbank had het beroep van appellante ongegrond verklaard en geoordeeld dat het Uwv terecht het bezwaar van appellante tegen het besluit van 19 oktober 2009 niet-ontvankelijk had verklaard. Appellante had bezwaar gemaakt tegen de terugvordering van een bedrag van € 16.924,46, dat door het Uwv als onverschuldigd betaald was vastgesteld. Tijdens de zitting op 9 september 2011 heeft appellante, bijgestaan door haar advocaat, haar standpunt toegelicht. Het Uwv was vertegenwoordigd door een gemachtigde. De Raad overwoog dat appellante niet had aangetoond dat de berekening van het terugvorderingsbedrag gebreken vertoonde. De Raad concludeerde dat er geen dringende redenen waren om van terugvordering af te zien, ook al zou appellante financiële problemen ondervinden door de terugvordering. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en wees het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak benadrukt dat dringende redenen voor het niet toepassen van terugvordering slechts in uitzonderlijke gevallen aan de orde zijn, en dat de financiële situatie van appellante in de invordering wordt meegenomen, maar niet voldoende is om de terugvordering te voorkomen.