ECLI:NL:CRVB:2011:BQ7960
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.M. van Male
- G.M.T. Berkel-Kikkert
- J.J.A. Kooijman
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag voor een verhoogd toilet in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning
In deze zaak heeft appellante, vertegenwoordigd door belastingconsulent J.A. Hovinga, hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Groningen. De rechtbank had op 3 juli 2009 geoordeeld dat het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Stadskanaal de aanvraag van appellante voor een verhoogd toilet op juiste gronden had afgewezen. Appellante had de aanvraag ingediend op 29 mei 2008, maar het College wees deze af op 9 juni 2008, stellende dat een verhoogd toilet een algemeen gebruikelijke voorziening is. Het bezwaar van appellante tegen deze afwijzing werd op 19 december 2008 ongegrond verklaard.
Tijdens de zitting van de Raad op 20 april 2011 zijn partijen niet verschenen. In hoger beroep heeft appellante zich gemotiveerd tegen de eerdere uitspraak gekeerd. Echter, in een brief van 30 maart 2011 heeft de gemachtigde van appellante aangegeven dat zij geen inhoudelijk oordeel meer wenst over de aangevraagde voorziening, omdat zij recentelijk is opgenomen in een verpleeghuis. Dit leidde ertoe dat de Raad geen oordeel kon geven over de proceskosten in bezwaar, aangezien dit pas kan na een uitspraak over de rechtmatigheid van het bestreden besluit.
De Raad heeft uiteindelijk besloten om het College te veroordelen in de proceskosten van appellante in hoger beroep, begroot op € 322,--. Tevens werd het College veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht van in totaal € 149,-- aan appellante. De uitspraak van de rechtbank werd vernietigd voor zover deze geen aanleiding gaf voor vergoeding van het griffierecht.