ECLI:NL:CRVB:2010:BO2839
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C.P.J. Goorden
- A.A.H. Schifferstein
- J.J.T. van den Corput
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van de Ziektewet-uitkering en procesgang bij de Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de beëindiging van de Ziektewet-uitkering (ZW) van appellant, die per 1 oktober 2007 is stopgezet door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Appellant had zich op 11 april 2007 ziek gemeld vanuit een uitkeringssituatie ingevolge de Werkloosheidswet, maar de verzekeringsarts concludeerde dat hij per 25 juli 2007 weer geschikt was voor arbeid. Appellant verzocht het Uwv om een besluit over de beëindiging van zijn uitkering, en maakte daarbij bezwaar tegen dit besluit. Het Uwv verklaarde het bezwaar ontvankelijk, maar wees het af. Appellant ging in beroep bij de rechtbank, die zijn beroep ontving. De Centrale Raad van Beroep oordeelt echter dat het Uwv een primair besluit heeft genomen, waartegen geen direct beroep bij de rechtbank kan worden ingesteld. De Raad stelt vast dat de aangevallen uitspraak niet in stand kan blijven en verklaart het beroep van appellant bij de rechtbank niet-ontvankelijk. De Raad past artikel 6:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) toe, waardoor het beroepschrift van appellant aan het Uwv wordt doorgezonden als bezwaarschrift. Tevens wordt het Uwv veroordeeld in de proceskosten van appellant, die zijn begroot op € 966,-, inclusief griffierecht van € 147,-. De uitspraak is gedaan op 3 november 2010.