ECLI:NL:CRVB:2010:BN1176
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Toekenning bijstandsuitkering en ingangsdatum aanvraag
In deze zaak gaat het om de ingangsdatum van een bijstandsuitkering voor appellant, die een aanvraag had ingediend op 28 augustus 2006. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat niet is komen vast te staan dat appellant voor 7 maart 2007 daadwerkelijk een aanvraag om bijstand heeft ingediend. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de gevolgen van de inschatting over de ontslagprocedure, die appellant had gemaakt, voor zijn eigen rekening en risico komen. Appellant had gesteld dat hij onjuist was geïnformeerd door de CWI, maar deze stelling werd niet nader onderbouwd, waardoor de rechtbank geen aanleiding zag om een eerdere ingangsdatum dan 7 maart 2007 te rechtvaardigen. Ook onbekendheid met de regelgeving biedt geen grond voor toekenning van bijstand met terugwerkende kracht.
De Raad overweegt verder dat de verklaring van psychiater G.E. Smid, die appellant in hoger beroep had ingediend, geen aanknopingspunten biedt voor het oordeel dat appellant ten tijde van de aanvraag niet in staat was om deze door te zetten. De Raad onderschrijft het oordeel van de rechtbank en concludeert dat de argumenten van appellant in hoger beroep geen nieuwe gezichtspunten bieden die tot een ander oordeel kunnen leiden. Het hoger beroep wordt dan ook verworpen en de aangevallen uitspraak wordt bevestigd. De Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.