ECLI:NL:CRVB:2010:BL3332
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A.B.J. van der Ham
- J.J.A. Kooijman
- J.F. Bandringa
- Rechtspraak.nl
Vaststelling nettoinkomen in het kader van bijstandsverlening zelfstandigen
In deze uitspraak van de Centrale Raad van Beroep op 26 januari 2010, betreft het hoger beroep van appellante, die in februari 2004 een eetcafé is gestart. Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerlen had appellante bijstand verleend in de kosten van levensonderhoud in de vorm van een renteloze geldlening over de periode van 1 januari 2005 tot en met 31 december 2005, op basis van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz 2004). De zaak draait om de vaststelling van het nettoinkomen van appellante in 2005, dat door het College op € 4.022,38 werd vastgesteld, rekening houdend met een afschrijving van de boekwaarde van de goodwill van het eetcafé.
Appellante was van mening dat het College ten onrechte het nettoresultaat van haar onderneming als uitgangspunt had genomen, omdat zij meer had afgelost op een schuld aan de vorige eigenaar van het eetcafé dan het bedrag van de afschrijving. De Raad oordeelt echter dat deze aflossingen niet in mindering moeten worden gebracht op het nettoresultaat, omdat het hier gaat om de besteding van het inkomen en niet om de vaststelling van het nettoinkomen zelf. De Raad bevestigt dat het College het nettoresultaat van de onderneming van appellante in 2005 correct heeft vastgesteld en dat er geen andere inkomensbronnen zijn aangetoond.
De uitspraak van de rechtbank Maastricht, die het beroep van appellante tegen het besluit van het College ongegrond had verklaard, wordt bevestigd. De Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de leden van de Raad.