ECLI:NL:CRVB:2010:BL0352
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake griffierecht in sociale zekerheidszaken
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 21 januari 2010 uitspraak gedaan in het verzet van appellant tegen een eerdere uitspraak van 10 november 2009, waarin zijn hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard. De Raad oordeelde dat appellant niet in staat was het verschuldigde griffierecht tijdig te voldoen en dat zijn verzoek om uitstel van betaling niet adequaat was behandeld. Appellant had in totaal vijf zaken lopen, waarvoor hij griffierechten moest voldoen. De Raad concludeerde dat de eerdere uitspraak van 10 november 2009 op onjuiste gronden was genomen, omdat de Raad niet had gereageerd op het verzoek om uitstel van betaling dat appellant had ingediend. Hierdoor werd het verzet gegrond verklaard, en de Raad besloot dat het onderzoek in de oorspronkelijke zaken voortgezet zou worden. De Raad gaf appellant de gelegenheid om het griffierecht alsnog te voldoen binnen gestelde termijnen, waarbij hij in totaal € 550,- moest betalen voor de vijf zaken. De uitspraak benadrukt het recht op toegang tot de rechter, zoals verankerd in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.