ECLI:NL:CRVB:2009:BK6847
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.M. van Male
- G.M.T. Berkel-Kikkert
- H.C.P. Venema
- Rechtspraak.nl
Vaststelling maximale eigen bijdrage voor de thuiszorg van appellant en diens partner over het jaar 2005
In deze zaak gaat het om de vaststelling van de maximale eigen bijdrage voor de thuiszorg van appellant en diens partner over het jaar 2005. De Centrale Raad van Beroep heeft op 9 december 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van Delta Lloyd Zorgverzekering N.V. die de factuur van 22 november 2005 als invorderingsbesluit kwalificeerde. De Raad oordeelde dat Delta Lloyd bij de beslissing om € 1.224,50 in te vorderen, de belangen van appellant niet in een belangenafweging had betrokken. Dit was in strijd met de verplichting tot evenredige belangenafweging zoals neergelegd in artikel 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De appellant had eerder bezwaar gemaakt tegen de factuur, maar Delta Lloyd verklaarde dit bezwaar ongegrond. De rechtbank had het beroep van appellant ongegrond verklaard, maar de Raad kwam tot de conclusie dat de rechtbank dit niet onderkend had. De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak en verklaarde het beroep van appellant gegrond. Delta Lloyd werd opgedragen om met inachtneming van de uitspraak van de Raad een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van appellant.
De Raad oordeelde dat de uitoefening van de bevoegdheid tot invordering geen automatisme mag zijn en dat Delta Lloyd een belangenafweging moet maken bij de vaststelling van het in te vorderen bedrag. De Raad wees op verschillende punten die in de belangenafweging betrokken moeten worden, waaronder de ontkenning van appellant over de ontvangst van eerdere besluiten en de gevolgen van de eigen bijdrage voor zijn schuldsaneringsregeling. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige belangenafweging bij invorderingsbesluiten.