ECLI:NL:CRVB:2009:BJ7720
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.M. van Male
- R.H.M. Roelofs
- W.F. Claessens
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring hoger beroep wegens gebrek aan procesbelang
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 1 september 2009 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Haarlem van 26 september 2007. Appellant had hoger beroep ingesteld tegen een besluit van het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem, waarbij zijn bijstand met 50% was verlaagd voor de duur van twee maanden. De rechtbank had het beroep van appellant ongegrond verklaard, waarna hij in hoger beroep ging.
De Raad overwoog dat voor een ontvankelijkheid van het hoger beroep voldoende procesbelang vereist is. Dit betekent dat het resultaat dat de indiener van het hoger beroep nastreeft, ook daadwerkelijk kan worden bereikt en feitelijk betekenis moet hebben voor de indiener. In dit geval stelde de Raad vast dat de verlaging van de bijstand van appellant inmiddels was gevolgd door een intrekking van de bijstand over dezelfde periode, waardoor het aanvechten van de verlaging geen betekenis meer had.
De Raad concludeerde dat appellant geen actueel procesbelang meer had bij een inhoudelijke beoordeling van het hoger beroep, en verklaarde het hoger beroep niet-ontvankelijk. De Raad zag geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met R.M. van Male als voorzitter, en de leden R.H.M. Roelofs en W.F. Claessens. De beslissing werd in het openbaar uitgesproken.