ECLI:NL:CRVB:2008:BD5732
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.M. van der Kade
- H.J. Simon
- H.J. de Mooij
- Rechtspraak.nl
Recht op kinderbijslag en onderhoudseis bij verblijf op internaat
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen een uitspraak van de rechtbank ’s-Hertogenbosch, waarin de aanvraag voor kinderbijslag werd afgewezen door de Sociale verzekeringsbank (Svb). Appellant had kinderbijslag aangevraagd voor de zoon van zijn partner, die op de peildatum op een internaat in Turkije verbleef. De Svb weigerde de kinderbijslag met de reden dat appellant het kind in de relevante kwartalen niet in belangrijke mate had onderhouden. De rechtbank verklaarde het beroep van appellant ongegrond.
De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de Svb niet heeft onderkend dat de zoon op de peildatum op een internaat verbleef, wat betekent dat er geen onderhoudseis gesteld had mogen worden. Dit leidt tot de conclusie dat het besluit van de Svb voor het vierde kwartaal van 2003 onvoldoende zorgvuldig is voorbereid en in strijd is met de Algemene wet bestuursrecht. De Raad vernietigt het bestreden besluit en verklaart het beroep gegrond voor dit kwartaal.
Voor het eerste kwartaal van 2004 oordeelt de Raad dat appellant niet heeft aangetoond dat hij aan de onderhoudseis voldeed. De overgelegde bewijsstukken waren onvoldoende om aan te tonen dat hij het kind in belangrijke mate heeft onderhouden. Daarom bevestigt de Raad de uitspraak van de rechtbank voor dit kwartaal.
De Raad veroordeelt de Svb in de proceskosten van appellant, die in totaal € 1.288,-- bedragen, en bepaalt dat de Svb het betaalde griffierecht van € 105,-- aan appellant vergoedt. De uitspraak is gedaan op 26 juni 2008.