ECLI:NL:CRVB:2008:BD1984
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J. Brand
- I.M.J. Hilhorst-Hagen
- A.T. de Kwaasteniet
- M.C.T.M. Sonderegger
- Rechtspraak.nl
Herziening van WAO-uitkering en deugdelijkheid van arbeidskundige beoordeling
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) waarbij haar WAO-uitkering per 23 september 2003 werd herzien van 80% of meer naar 25 tot 35%. Appellante betwistte de deugdelijkheid van het medische onderzoek en de arbeidskundige beoordeling die aan dit besluit ten grondslag lagen. De Centrale Raad van Beroep heeft op 18 april 2008 uitspraak gedaan. Tijdens de zitting op 15 februari 2008 was appellante aanwezig, bijgestaan door haar advocaat, terwijl het Uwv niet vertegenwoordigd was.
De Raad oordeelde dat het Uwv het besluit van 21 oktober 2004, dat het bezwaar van appellante ongegrond verklaarde, niet voldoende had onderbouwd. De Raad concludeerde dat de G-signaleringen in de geselecteerde functies niet adequaat waren toegelicht door het Uwv, wat leidde tot de vernietiging van de aangevallen uitspraak en het besluit van 21 oktober 2004. De Raad oordeelde dat het Uwv een nieuw besluit op bezwaar moest nemen, waarbij het ook aandacht moest besteden aan het verzoek van appellante om schadevergoeding.
De proceskosten van appellante in hoger beroep werden begroot op € 644,- voor rechtsbijstand en € 15,- voor reiskosten. De Raad veroordeelde het Uwv in deze kosten en bepaalde dat het Uwv het griffierecht van € 140,- aan appellante moest vergoeden. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met J. Brand als voorzitter en I.M.J. Hilhorst-Hagen en A.T. de Kwaasteniet als leden, en werd openbaar uitgesproken in aanwezigheid van griffier M.C.T.M. Sonderegger.