ECLI:NL:CRVB:2008:BC8024
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H.J. Simon
- H.J. de Mooij
- M. Greebe
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid tot deelname aan de vrijwillige verzekering voor de ANW na beëindiging van de verplichte verzekering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 maart 2008 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam. Appellante, geboren in 1926, ontving sinds 1 mei 1983 een pensioen op basis van de Algemene Weduwen- en Wezenwet (AWW) en kreeg vanaf 1 juli 1991 een ouderdomspensioen ingevolge de Algemene Ouderdomswet (AOW). Op 13 november 2002 diende appellante een aanvraag in voor deelname aan de vrijwillige verzekering voor de AOW en/of de Algemene nabestaandenwet (ANW). De Sociale verzekeringsbank (Svb) heeft echter op 24 oktober 2003 medegedeeld dat appellante niet bevoegd was om deel te nemen aan de vrijwillige verzekering voor de ANW, omdat zij op 31 december 1999 niet verplicht verzekerd was voor de ANW op basis van haar AOW-pensioen.
De Svb heeft het bezwaar van appellante tegen dit besluit ongegrond verklaard, wat door de rechtbank is onderschreven. De rechtbank oordeelde dat appellante niet eerder op de hoogte was van de mogelijkheid om zich aan te melden voor de vrijwillige verzekering, maar dat dit geen bijzondere omstandigheid was om van de wettelijke aanmeldingstermijn af te wijken. De Centrale Raad van Beroep heeft in zijn overwegingen uiteengezet dat ingevolge artikel 63a van de ANW een gewezen verzekerde zich vrijwillig kan verzekeren over een periode van tien jaar, maar alleen als deze direct voorafgaand aan de vrijwillige verzekering ten minste een jaar verplicht verzekerd is geweest.
De Raad heeft vastgesteld dat appellante vanaf 1 juli 1991 niet meer verplicht verzekerd was voor de volksverzekeringen, omdat haar AOW-pensioen minder was dan de norm van 35% van het minimumloon. Hierdoor was haar aanvraag voor deelname aan de vrijwillige verzekering te laat ingediend, aangezien deze meer dan een jaar na het einde van de verplichte verzekering was gedaan. De Raad heeft de aangevallen uitspraak bevestigd en geen termen aanwezig geacht om af te wijken van de wettelijke bepalingen.