ECLI:NL:CRVB:2008:BC4302
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.C.F. Talman
- K.J. Kraan
- B.M. van Dun
- M.J.H. van Baalen
- Rechtspraak.nl
Herziening en terugvordering van wachtgeld bij ambtenaar
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellant tegen een uitspraak van de rechtbank Assen, waarin de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een besluit tot herziening en gedeeltelijke terugvordering van het wachtgeld van appellant heeft genomen. Appellant, die werkzaam was bij het ministerie, kreeg per 31 december 2000 eervol ontslag en ontving een uitkering op basis van het Rijkswachtgeldbesluit 1959. De minister heeft in 2005 de uitkering van appellant over de periode van 1 september 2001 tot en met 31 december 2001 opnieuw vastgesteld en een bedrag van € 5.040,30 teruggevorderd, omdat appellant volgens de minister onterecht inkomsten had ontvangen.
De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de minister niet met de vereiste zorgvuldigheid heeft gehandeld bij het besluit tot herziening en terugvordering. De Raad stelt vast dat de minister onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de inkomsten van appellant en dat de afspraken over de verrekening van inkomsten niet correct zijn nageleefd. De Raad vernietigt het besluit van de minister en oordeelt dat de minister een nieuw besluit op bezwaar moet nemen, waarbij rekening gehouden moet worden met de uitspraak van de Raad.
Daarnaast wordt de minister veroordeeld in de proceskosten van appellant, die in totaal € 689,82 bedragen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep, met J.C.F. Talman als voorzitter en K.J. Kraan en B.M. van Dun als leden. De uitspraak is openbaar gedaan op 31 januari 2008.