ECLI:NL:CRVB:2008:BC3921
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Toepassing van artikel 58 van de WAZ met terugwerkende kracht en rechtszekerheidsbeginsel
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een appellant tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam, waarin de rechtbank het beroep ongegrond verklaarde. De Centrale Raad van Beroep heeft op 31 januari 2008 uitspraak gedaan in het hoger beroep, dat betrekking heeft op de toepassing van artikel 58 van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ). De appellant had in 1997 en 1998 een uitkering ontvangen, maar het Uwv weigerde deze uitkering met terugwerkende kracht op basis van de WAZ, omdat de appellant inkomsten uit arbeid had die te hoog waren om recht te hebben op de uitkering. De appellant stelde dat hij nooit een signaal had ontvangen dat hij de uitkering ten onrechte ontving en dat het toepassen van artikel 58 met terugwerkende kracht in strijd was met het rechtszekerheidsbeginsel.
De Raad overwoog dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat het rechtszekerheidsbeginsel niet in de weg staat aan de toepassing van artikel 58 van de WAZ. De Raad stelde vast dat de besluiten van het Uwv om de uitkering te weigeren, gebaseerd waren op de inkomsten die de appellant had gegenereerd, welke niet lager waren dan zijn maatmaninkomen. De Raad concludeerde dat de appellant niet met recht kon aanvoeren dat hij redelijkerwijs niet had kunnen begrijpen dat zijn inkomsten invloed hadden op zijn uitkering.
Daarnaast werd er in de uitspraak aandacht besteed aan de redelijke termijn van de procedure. De Raad oordeelde dat de procedure meer dan vier jaar had geduurd, wat een overschrijding van de redelijke termijn betekende zoals bedoeld in artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EVRM). De Raad concludeerde dat de overschrijding niet het gevolg was van traagheid van het bestuursorgaan, maar dat de appellant zich voor de gevolgen van deze schending bij de burgerlijke rechter moest wenden. De uitspraak bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank en wees de grieven van de appellant af.