ECLI:NL:CRVB:2007:BB1685
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J. Janssen
- J. Brand
- J.P.M. Zeijen
- Rechtspraak.nl
Weigering toekenning normbedrag voor een periode gelegen voor de datum van de indiening van de aanvraag
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage van 3 maart 2006, waarin het beroep van appellante tegen een besluit van de IB-Groep werd afgewezen. Appellante had in 2001 studiefinanciering aangevraagd, maar ontving ten onrechte een één-oudertoeslag in plaats van een uitwonendenbeurs. Pas in 2004 werd appellante op de hoogte gesteld van deze fout. De IB-Groep weigerde echter om met terugwerkende kracht een uitwonendenbeurs toe te kennen, wat leidde tot het hoger beroep. De Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de IB-Groep niet verplicht was om af te wijken van de wet, die voorschrijft dat een normbedrag niet kan worden toegekend voor een periode die ligt vóór de aanvraagdatum. De Raad oordeelde dat appellante enige blaam trof voor het voortbestaan van de situatie, aangezien zij had moeten begrijpen dat haar registratie bij de IB-Groep niet correct was. De Raad concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking van de wet rechtvaardigden, en bevestigde de beslissing van de IB-Groep.