ECLI:NL:CRVB:2007:BB1246
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.W. Schuttel
- I.M.J. Hilhorst-Hagen
- J.P.M. Zeijen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake WAO-schatting en medische beoordeling van appellante
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Zutphen, die op 10 mei 2005 haar beroep tegen een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) ongegrond verklaarde. Het Uwv had geweigerd appellante een uitkering toe te kennen op basis van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), omdat zij volgens het Uwv niet arbeidsongeschikt was. De Centrale Raad van Beroep heeft op 3 augustus 2007 uitspraak gedaan in deze zaak.
Appellante, bijgestaan door haar gemachtigde, heeft in hoger beroep aangevoerd dat haar psychische en lichamelijke klachten zijn onderschat en dat de bezwaarverzekeringsarts onvoldoende beperkingen heeft vastgelegd in de Functionele Mogelijkheden Lijst (FML). De Raad heeft vastgesteld dat de bezwaarverzekeringsarts R.A. Admiraal in zijn rapportage van 17 november 2004 heeft geconcludeerd dat de psychische klachten van appellante onderbelicht zijn gebleven, maar dat de FML op basis van deze bevindingen is aangescherpt. De Raad heeft het rapport van psychiater dr. H.N. Sno, dat door appellante is ingediend, niet overtuigend geacht om de eerdere conclusies van de bezwaarverzekeringsarts te weerleggen.
De Raad heeft verder overwogen dat de arbeidskundige onderbouwing van het bestreden besluit voldoende was, omdat het Uwv in hoger beroep met een rapportage van de bezwaararbeidsdeskundige H.F. Westerman heeft aangetoond dat de functies die aan de schatting ten grondslag lagen, door appellante konden worden verricht. De Raad heeft de aangevallen uitspraak en het bestreden besluit vernietigd, maar de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand gelaten. Tevens heeft de Raad het Uwv veroordeeld in de proceskosten van appellante, die in totaal € 3.481,21 bedragen, en heeft het Uwv bevolen het griffierecht van € 140,- aan appellante te vergoeden.