ECLI:NL:CRVB:2007:AZ9219
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G.J.H. Doornewaard
- I.M.J. Hilhorst-Hagen
- M. Greebe
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake WAO-schatting en proceskostenvergoeding
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 14 augustus 2005, waarin het beroep van appellante tegen het besluit van het Uwv ongegrond werd verklaard. Appellante, die een WAO-uitkering ontving, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het Uwv dat haar arbeidsongeschiktheid op 65 tot 80% had vastgesteld. De bezwaarverzekeringsarts concludeerde dat appellante lichte beperkingen had, maar dat zij in staat was tot repetitieve handelingen, wat in strijd was met eerdere conclusies van de verzekeringsarts. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de Functionele Mogelijkheden Lijst (FML) innerlijk tegenstrijdig was en dat de eerdere beoordeling van de verzekeringsarts niet correct was. De Raad vernietigde het bestreden besluit en de aangevallen uitspraak, maar liet de rechtsgevolgen van het besluit in stand. Tevens werd het Uwv veroordeeld tot betaling van de proceskosten van appellante, die in totaal € 1.288,= bedroegen. De uitspraak werd gedaan op 23 februari 2007, na een zitting op 12 januari 2007, waarbij appellante werd bijgestaan door haar advocaat. De Raad concludeerde dat appellante in staat was de voorgehouden functies te vervullen, ondanks de geconstateerde beperkingen.