ECLI:NL:CRVB:2006:AY8706
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Th.C. van Sloten
- A.B.J. van der Ham
- J.J.A. Kooijman
- Rechtspraak.nl
Herziening en terugvordering van bijstandsuitkering met betrekking tot niet-verschoonbare termijnoverschrijding
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 30 september 2005. De Centrale Raad van Beroep heeft op 19 september 2006 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante, die in deze procedure werd bijgestaan door haar vertegenwoordiger. De zaak betreft de herziening en terugvordering van bijstandsuitkeringen die aan appellante waren verleend op basis van de Algemene bijstandswet (Abw).
Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Zwolle had op 9 juli 2004 besloten om de bijstand van appellante over verschillende periodes te herzien en terug te vorderen, omdat zij volgens het College niet tijdig bezwaar had gemaakt tegen deze besluiten. Appellante had bezwaar gemaakt tegen de besluiten van 9 juli 2004, maar het College verklaarde dit bezwaar niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding. De rechtbank had het beroep van appellante tegen dit besluit ongegrond verklaard, waarop zij in hoger beroep ging.
Appellante voerde aan dat zij door persoonlijke omstandigheden, waaronder een echtscheiding, niet in staat was om tijdig bezwaar te maken. De Centrale Raad van Beroep oordeelde echter dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar was en dat het College terecht het bezwaar niet-ontvankelijk had verklaard. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de inhoudelijke gronden van appellante niet aan de orde konden komen, omdat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar was.
De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met Th.C. van Sloten als voorzitter en A.B.J. van der Ham en J.J.A. Kooijman als leden.