ECLI:NL:CRVB:2006:AY6801
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J. Janssen
- J. Brand
- I.M.J. Hilhorst-Hagen
- Rechtspraak.nl
Herziening van de veronderstelde ouderlijke bijdrage door de IB-groep op basis van nieuwe inkomensgegevens
In deze zaak heeft appellant hoger beroep ingesteld tegen de uitspraken van de rechtbank Dordrecht, die zijn bezwaren tegen de herziening van de veronderstelde ouderlijke bijdrage door de Informatie Beheer Groep (IB-groep) ongegrond heeft verklaard. De IB-groep had de ouderlijke bijdrage verhoogd op basis van nieuwe inkomensgegevens van de Belastingdienst, die betrekking hadden op de jaren 1999 en 2000. Appellant betwistte de juistheid van deze inkomensgegevens en stelde dat de IB-groep niet bevoegd was om de bijdrage te herzien zonder de uitkomst van een lopende bezwaarprocedure bij de Belastingdienst af te wachten.
De Centrale Raad van Beroep heeft op 18 augustus 2006 uitspraak gedaan in deze hoger beroepen. De Raad oordeelde dat de IB-groep wel degelijk bevoegd was om de veronderstelde ouderlijke bijdrage te herzien op basis van de nieuwe inkomensgegevens. De Raad vond geen grond om te oordelen dat de IB-groep in redelijkheid niet tot herziening had mogen overgaan, ook niet in het licht van de lopende bezwaarprocedure bij de Belastingdienst. De Raad bevestigde daarmee de eerdere uitspraken van de rechtbank Dordrecht, die de bezwaren van appellant ongegrond had verklaard.
De uitspraak benadrukt het belang van de bevoegdheid van de IB-groep om op basis van actuele inkomensgegevens de ouderlijke bijdrage te herzien, en dat het niet noodzakelijk is om te wachten op de uitkomst van een bezwaarprocedure bij de Belastingdienst. De Raad heeft ook aangegeven dat appellant de mogelijkheid heeft om, indien de uitkomst van de bezwaarprocedure voor hem gunstig is, binnen zes weken na bekendmaking van dat besluit een verzoek tot herziening van de besluiten in te dienen.