ECLI:NL:CRVB:2005:AU7416

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
5 november 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
04/3646 NABW
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Weigering van vergoeding voor kosten van medisch advies in het kader van arbeidsverplichtingen

In deze zaak gaat het om de weigering van de vergoeding van kosten die appellant heeft gemaakt voor het inwinnen van medisch advies. Appellant was gedeeltelijk ontheven van zijn arbeidsverplichtingen op basis van een besluit van het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis. Dit besluit werd door de rechtbank vernietigd, maar de rechtbank wees de vergoeding van de kosten voor medisch advies af. Appellant ging in hoger beroep tegen deze beslissing.

De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat het medisch advies dat appellant heeft ingewonnen, afkomstig van het Instituut Psychosofia, niet kan worden aangemerkt als een medisch advies in de zin van de reguliere geneeskunde. De Raad oordeelt dat het advies niet gebaseerd is op gangbare onderzoeksmethoden en daarom niet kan bijdragen aan de oordeelsvorming over de arbeidsverplichtingen van appellant. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank, waarbij de kosten voor het medisch advies niet voor vergoeding in aanmerking komen.

De Raad overweegt verder dat er al bijzondere bijstand is verleend voor de kosten van het opvragen van medische informatie, waardoor het hoger beroep enkel betrekking heeft op de kosten van het medisch advies. De Raad concludeert dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat deze kosten niet noodzakelijk waren voor de beroepsprocedure. De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank en er zijn geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling in hoger beroep.

Uitspraak

04/3646 NABW
U I T S P R A A K
in het geding tussen:
[appellant], wonende te [woonplaats], appellant,
en
het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis, gedaagde.
I. ONTSTAAN EN LOOP VAN HET GEDING
Namens appellant heeft mr. W.C. de Jonge, advocaat te Vlaardingen, hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 22 juni 2004,
reg.nr. NABW 03/2961.
Gedaagde heeft een verweerschrift ingediend.
Namens appellant is bij brief van 15 april 2005 een nader stuk ingezonden.
Het geding is behandeld ter zitting van 18 oktober 2005, waar appellant niet is verschenen en gedaagde zich heeft laten vertegenwoordigen door mr. M.M.S. van Sprundel, werkzaam bij de gemeente Maassluis.
II. MOTIVERING
De Raad gaat bij zijn oordeelsvorming uit van de volgende feiten en omstandigheden.
Bij besluit van 3 februari 2003 heeft gedaagde appellant gedeeltelijk ontheven van de in artikel 113, eerste lid, van de Algemene bijstandswet bedoelde arbeidsverplichtingen. Daarbij is bepaald dat appellant in staat wordt geacht 18 tot 20 uur per week deel te nemen aan het arbeidsproces.
Gedaagde heeft het bezwaar tegen dit besluit bij besluit op bezwaar van 12 september 2003 ongegrond verklaard.
Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank - met bepalingen over het griffierecht en de proceskosten - het beroep tegen het besluit van 12 september 2003 gegrond verklaard en dat besluit vernietigd.
Appellant heeft tegen de aangevallen uitspraak hoger beroep ingesteld voor zover daarbij is geweigerd de kosten te vergoeden die hij heeft gemaakt voor medisch advies en het opvragen van medische informatie. Aangevoerd is dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat de vanwege appellant ingezonden medische inlichtingen niet hebben bijgedragen aan de oordeelsvorming, zodat deze niet voor vergoeding in aanmerking komen.
Gedaagde heeft naar voren gebracht dat voor de kosten van het opvragen van medische informatie bijzondere bijstand is verleend. Met betrekking tot het ingewonnen medisch advies heeft gedaagde aangevoerd dat het hierbij niet gaat om kosten die noodzakelijkerwijs voor het voeren van de beroepsprocedure moesten worden gemaakt. Het betreft hier een advies van mevrouw Verhage, directrice van het Instituut Psychosofia, Centrum voor Spirituele Geneeswijze en Spirituele Dans, die geen universitaire medische opleiding heeft gevolgd.
De Raad overweegt het volgende.
De Raad stelt allereerst vast dat, nu voor de kosten van het opvragen van medische informatie inmiddels bijzondere bijstand is verleend, het hoger beroep nog slechts betrekking heeft op de vraag of de rechtbank terecht heeft geweigerd gedaagde te veroordelen tot vergoeding van de kosten die appellant heeft gemaakt voor het inwinnen van advies bij het Instituut Psychosofia.
De Raad beantwoordt die vraag bevestigend. Hij overweegt daartoe dat met het betrokken advies van het Instituut Psychosofia is beoogd om het medisch advies te weerleggen dat de GGD Nieuwe Waterweg Noord op 19 november 2002 aan gedaagde heeft uitgebracht en dat door gedaagde ten grondslag is gelegd aan zijn standpunt dat appellant in staat moet worden geacht 18 tot 20 uur per week deel te nemen aan het arbeidsproces. De Raad is van oordeel dat het advies van het Instituut Psychosofia daartoe niet kan strekken, aangezien het niet kan worden aangemerkt als een medisch advies nu het niet berust op een in de reguliere geneeskunde gangbare onderzoeks-methode. De Raad verwijst naar zijn uitspraak van 13 april 2005 (LJN: AT4323).
Dit betekent dat het hoger beroep niet slaagt, zodat de aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd voor zover aangevochten.
De Raad acht geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling in hoger beroep.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep,
Recht doende:
Bevestigt de aangevallen uitspraak voor zover aangevochten.
Aldus gegeven door mr. drs. Th.G.M. Simons als voorzitter en mr. R.M. van Male en mr. J.J.A. Kooijman als leden, in tegenwoordigheid van mr. A.H. Polderman-Eelderink als griffier, en uitgesproken in het openbaar op 29 november 2005.
(get.) Th.G.M. Simons.
(get.) A.H. Polderman-Eelderink.
RB2111