ECLI:NL:CRVB:2004:AR6890
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.M.A. van der Kolk-Severijns
- C. van Viegen
- H.J. de Mooij
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift niet-ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding in sociale zekerheidszaak
In deze zaak heeft het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Zutphen van 24 oktober 2003. De rechtbank had het beroep van gedaagde gegrond verklaard en het besluit van 4 november 2002, waarbij het bezwaarschrift van gedaagde wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk was verklaard, vernietigd. Gedaagde had op 14 augustus 2002 bezwaar gemaakt tegen de stopzetting van zijn uitkering per 1 mei 2002, maar het College had dit bezwaar als niet-ontvankelijk verklaard omdat de bezwaartermijn tegen het eerdere besluit van 16 oktober 2001 al was verstreken.
De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen. De Raad oordeelt dat het College het bezwaarschrift van gedaagde had moeten opvatten als gericht tegen het besluit van 10 juli 2002, waartegen de bezwaartermijn nog niet was verstreken. De Raad concludeert dat het College niet voldoende heeft gehandeld om gedaagde te informeren over de ontvankelijkheid van zijn bezwaar. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat het hoger beroep van het College niet slaagt. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep is gedaan op 23 november 2004, waarbij de Raad de gemeente Apeldoorn heeft opgedragen om een nieuw besluit te nemen op het bezwaarschrift van gedaagde.