ECLI:NL:CRVB:2004:AQ6914
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- J.M.A. van der Kolk-Severijns
- R.M. van Male
- A.B.J. van der Ham
- I.D. Veldman
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van herzieningsverzoek in bestuursrechtelijke zaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 juli 2004 uitspraak gedaan over het verzet van een opposant tegen de niet-ontvankelijk verklaring van zijn verzoek om herziening. Het verzoek was niet-ontvankelijk verklaard omdat de gronden niet tijdig waren ingediend. De opposant had verzet aangetekend tegen deze uitspraak en was op 15 juni 2004 ter zitting verschenen om zijn standpunt toe te lichten.
De Raad oordeelde dat de opposant de termijn voor het indienen van de gronden had overschreden. De termijn eindigde op 20 oktober 2003, maar de gronden waren pas op 21 oktober 2003 per fax ontvangen. De opposant stelde dat de termijn op 21 oktober 2003 eindigde, maar deze opvatting werd door de Raad als feitelijk onjuist bestempeld. De Raad concludeerde dat het verzuim van de opposant niet kon worden genegeerd en dat het verzet ongegrond was.
De uitspraak van de Raad van 25 november 2003, waarin het verzoek om herziening niet-ontvankelijk werd verklaard, werd bevestigd. De Raad zag geen aanleiding om de opposant in de proceskosten te veroordelen. De uitspraak werd gedaan door de voorzitter en twee leden van de Raad, met de griffier aanwezig, en werd openbaar uitgesproken.