ECLI:NL:CBB:2025:86
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Einduitspraak na bestuurlijke lus inzake subsidieaanvraag voor warmtepomp door bewoners van appartementencomplex
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven op 18 februari 2025, wordt het beroep van [naam 1] en [naam 2] gegrond verklaard. De zaak betreft een subsidieaanvraag voor een warmtepomp die door de minister van Klimaat en Groene Groei was afgewezen. De minister had eerder een motiveringsgebrek in het bestreden besluit, dat door het College in een tussenuitspraak van 15 oktober 2024 was vastgesteld. De minister werd opgedragen om dit gebrek te herstellen. In zijn brief van 26 november 2024 heeft de minister de motivering van het bestreden besluit aangevuld, maar [naam 1] en [naam 2] dienden een zienswijze in over deze aanvulling. Het College heeft het onderzoek op 8 januari 2025 gesloten.
In de tussenuitspraak werd geoordeeld dat de minister de subsidieaanvraag terecht had afgewezen, maar dat het bestreden besluit niet toereikend was gemotiveerd. De minister had niet kunnen verklaren waarom in acht gevallen subsidie was verleend, terwijl in andere vergelijkbare gevallen aanvragen handmatig waren afgewezen. Dit gebrek in de motivering werd door het College als strijdig met de Algemene wet bestuursrecht (Awb) aangemerkt.
Na de aanvullende toelichting van de minister, concludeert het College dat de minister voldoende inzicht heeft gegeven in de discrepantie tussen de toekenning en afwijzing van de subsidieaanvragen. Het College oordeelt dat het motiveringsgebrek is hersteld en verklaart het beroep gegrond. Het bestreden besluit wordt vernietigd, maar de rechtsgevolgen blijven in stand, wat betekent dat de afwijzing van de subsidieaanvraag van [naam 1] en [naam 2] in stand blijft. De minister wordt opgedragen het griffierecht te vergoeden.