ECLI:NL:CBB:2025:85
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Einduitspraak na bestuurlijke lus inzake subsidieaanvraag voor warmtepomp door [naam 1]
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 18 februari 2025 uitspraak gedaan in het beroep van [naam 1] tegen de minister van Klimaat en Groene Groei. Het beroep was gegrond, en het College heeft het bestreden besluit van 13 april 2022 vernietigd wegens een motiveringsgebrek. Dit motiveringsgebrek was eerder vastgesteld in een tussenuitspraak van 15 oktober 2024, waarin het College de minister had opgedragen om het gebrek te herstellen. De minister heeft dit gedaan door de motivering van het bestreden besluit aan te vullen in een brief van 26 november 2024. [naam 1] heeft hierop gereageerd met een zienswijze op 16 december 2024, waarin hij zijn bezorgdheid uitte over de wijze waarop het motiveringsgebrek was hersteld.
Het College heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de minister de subsidieaanvraag van [naam 1] terecht had afgewezen, omdat er al subsidie was verstrekt voor een warmtepomp aan een andere aanvrager, [naam 2]. Echter, het College oordeelde dat de minister niet voldoende had gemotiveerd waarom in acht andere gevallen, die identiek waren aan die van [naam 1], wel automatisch subsidie was verleend. Dit gebrek in de motivering was in strijd met artikel 7:12, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Na de aanvullende toelichting van de minister heeft het College geoordeeld dat de minister voldoende inzicht heeft gegeven in de discrepantie tussen de toekenning en afwijzing van de subsidieaanvragen. Het College concludeerde dat het motiveringsgebrek was hersteld, maar dat de afwijzing van de subsidieaanvraag van [naam 1] in stand bleef. De minister werd opgedragen het door [naam 1] betaalde griffierecht te vergoeden. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken op 18 februari 2025.