ECLI:NL:CBB:2025:42
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroep inzake subsidie vaste lasten COVID-19
Op 13 januari 2025 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan in de zaak met nummer 23/2029. De ondernemer heeft verzet aangetekend tegen een eerdere uitspraak van het College, waarin zijn beroep tegen een beslissing van de minister van Economische Zaken niet-ontvankelijk was verklaard. Dit gebeurde omdat de ondernemer het beroep meer dan drie maanden te laat had ingediend, zonder goede redenen te geven voor deze termijnoverschrijding. De gemachtigde van de ondernemer voerde aan dat de termijnoverschrijding het gevolg was van ziekte en capaciteitsgebrek, wat op de zitting verder werd toegelicht.
Het College heeft in zijn overwegingen benadrukt dat, wanneer een belanghebbende wordt bijgestaan door een professionele rechtshulpverlener, het handelen van deze hulpverlener in beginsel voor rekening van de indiener komt. In dit geval was er geen sprake van bijzondere omstandigheden die de termijnoverschrijding zouden kunnen rechtvaardigen. Het College concludeerde dat van een professionele rechtshulpverlener verwacht mag worden dat hij de termijnen bewaakt en tijdig maatregelen treft in geval van ziekte of capaciteitsgebrek. Daarom werd het verzet ongegrond verklaard, en bleef de eerdere uitspraak van het College in stand.