Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de meervoudige kamer van 3 september 2024 in de zaak tussen
Maatschap [naam 1] , te [plaats] , de maatschap
(gemachtigde: mr. B.D. Bos)
de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,
Procesverloop
Overwegingen
12 december 1991 inzake de bescherming van water tegen verontreinigingen door nitraten uit agrarische bronnen (Nitraatrichtlijn).
26 februari 2020 heeft ontvangen, in ieder geval blijkt uit de aanvullende verklaring van de toezichthouder van 7 februari 2022 dat de toezichthouder ten tijde van de controle van
– kort gezegd – dat percentage te verlagen tot 1% of te verhogen tot 5% van dat totale bedrag dan wel in bepaalde gevallen om geen gevolg te geven aan de vastgestelde niet-naleving of in het geheel geen verlagingen op te leggen. De criteria genoemd in artikel 38, eerste tot en vierde lid, van Verordening 640/2014 zijn, kort gezegd, herhaling, omvang, ernst en permanent karakter van een niet-naleving. Feiten of omstandigheden die aanleiding hadden kunnen zijn voor verlaging van het genoemde percentage van 3% zijn echter gesteld noch gebleken.De minister heeft de korting daarom terecht vastgesteld op 3%.