ECLI:NL:CBB:2023:478

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
28 augustus 2023
Publicatiedatum
7 september 2023
Zaaknummer
22/1529
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Proces-verbaal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen vaststelling omzet in het kader van de TVL-regeling COVID-19

In deze zaak, behandeld door het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 28 augustus 2023, staat de vaststelling van de omzet van een onderneming centraal in het kader van de TVL-regeling (Tegemoetkoming Vaste Lasten) vanwege de COVID-19-pandemie. De onderneming, vertegenwoordigd door gemachtigde R. van Someren, is van mening dat de minister van Economische Zaken en Klimaat, vertegenwoordigd door W. Dam en mr. S.M. Piron, de omzet niet correct heeft vastgesteld. De minister heeft de omzet gebaseerd op de aangifte omzetbelasting, terwijl de onderneming stelt dat de financiële administratie leidend zou moeten zijn, omdat zij pas factureert bij levering, terwijl de feitelijke verkoop eerder plaatsvindt.

De onderneming betoogt dat het moment van factureren niet representatief is voor de werkelijke omzet, wat leidt tot een onterecht nihil vastgestelde TVL-subsidie. Het College oordeelt echter dat de TVL-regeling geen ruimte biedt om af te wijken van de aangifte omzetbelasting. De regeling bepaalt dat de omzet wordt overgenomen uit de aangifte, tenzij de onderneming niet over haar gehele omzet omzetbelasting betaalt, wat in dit geval niet aan de orde is. Het College concludeert dat de minister de omzet op de juiste wijze heeft vastgesteld en dat de beslissing om de TVL-subsidie op nihil te stellen niet onevenredig is, ondanks de bezwaren van de onderneming.

Het College verklaart het beroep ongegrond, waarmee de beslissing van de minister wordt bevestigd. Deze uitspraak benadrukt de strikte toepassing van de regels binnen de TVL-regeling en de beperkte mogelijkheden voor ondernemers om af te wijken van de vastgestelde omzet op basis van de aangifte omzetbelasting.

Uitspraak

proces-verbaal uitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 22/1529
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 28 augustus 2023

Rechter: mr. M. van der Knijff

Griffier: T. Berg

Partijen

[naam] B.V., te [plaats] (de onderneming), vertegenwoordigd door gemachtigde R. van Someren,
en
de minister van Economische Zaken en Klimaat, vertegenwoordigd door W. Dam en mr. S.M. Piron.

Beslissing

Het College verklaart het beroep ongegrond.

Overwegingen

1. Deze zaak draait om de vaststelling van de omzet van de onderneming. Die heeft de minister vastgesteld aan de hand van de aangifte omzetbelasting.
2. De onderneming is het daar niet mee eens. Zij vindt dat in haar geval niet naar de aangifte omzetbelasting moet worden gekeken, maar naar haar financiële administratie. De onderneming factureert namelijk pas bij de levering, terwijl de feitelijke verkoop op een eerder moment plaatsvindt. De onderneming vindt dat het moment van de verkoop leidend is voor de omzet. Bij de aangifte omzetbelasting wordt gekeken naar het moment van factureren en dat is volgens de onderneming dus niet representatief. De onderneming vindt het ook onevenredig dat haar omzet op deze manier is bepaald, omdat de TVL-subsidie nu op nihil is gesteld terwijl de winkel wel moest sluiten.
3. Het College oordeelt dat de TVL-regeling geen ruimte biedt om naar de financiële administratie van de onderneming te kijken. Het College begrijpt dat de onderneming dat graag wil, maar in de TVLregeling is bepaald dat de omzet wordt overgenomen uit de aangifte omzetbelasting. Alleen als de onderneming niet over haar hele omzet omzetbelasting betaalt, kan worden gekeken naar de financiële administratie. Die uitzondering is niet van toepassing. De minister heeft de TVL-regeling gevolgd. Dat als gevolg daarvan de TVL-subsidie van de onderneming op nihil wordt gesteld, maakt het besluit nog niet onevenredig.
4. De minister heeft de omzet van de onderneming op de juiste manier bepaald, door te kijken naar de aangifte omzetbelasting.
w.g. M. van der Knijff w.g. T. Berg