ECLI:NL:CBB:2023:419
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Toepassing van de TVL-regeling en omzetverliescriteria voor subsidieaanvragen
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 7 augustus 2023 uitspraak gedaan in het kader van een beroep tegen de beslissing van de minister van Economische Zaken en Klimaat met betrekking tot de Tozo-regeling. De onderneming, vertegenwoordigd door [naam 2], had een aanvraag ingediend voor de TVL-subsidie, maar voldeed niet aan de voorwaarde van ten minste 30% omzetverlies in de subsidieperiode, zoals vastgesteld op basis van de aangifte omzetbelasting. Het College heeft vastgesteld dat de regelgever ervoor heeft gekozen om de omzet voor de TVL-regeling te bepalen aan de hand van de aangifte omzetbelasting, en dat dit geen onredelijk uitgangspunt is. De onderneming had geprobeerd om omzet van nog te verrichten werk, die in de subsidieperiode was gefactureerd, niet mee te tellen bij de omzet voor de subsidieperiode. Het College oordeelde echter dat de aangifte omzetbelasting bepalend is en dat de jaarrekening hier niet op van invloed is. De beperkte omzet die in het buitenland is gegenereerd, had geen relevante invloed op het percentage omzetverlies. Daarom heeft het College geoordeeld dat de minister de TVL-subsidie terecht op € 0,- heeft vastgesteld. Het beroep van de onderneming is ongegrond verklaard.