Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 11 juli 2023 in de zaak tussen
Fa. [naam] , te [plaats] , (de vennootschap)
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, (de minister)
Procesverloop
Overwegingen
€ 25.000,- (vergelijk ook de uitspraak van het College van 21 november 2017, hiervoor aangehaald). Dat, zoals de minister in het verweerschrift heeft uiteengezet, uit de vennootschapsakte blijkt dat de jonge landbouwer niet voor alle ondernemingsbeslissingen blokkerende zeggenschap heeft, gaat eraan voorbij dat beslissingen met een financieel belang van meer dan € 25.000,-, waarop artikel 5, eerste lid, aanhef en onder a, van de Beleidsregel ziet, onder een van de categorieën genoemd in artikel 8, derde lid, onder a tot en met g, van de vennootschapsakte zullen vallen. Op de zitting van het College heeft de minister ook niet kunnen wijzen op concrete voorbeelden van dergelijke beslissingen die daar niet onder vallen.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- draagt de minister op binnen zes weken na de dag van verzending van deze uitspraak een nieuw besluit te nemen op het bezwaar, met inachtneming van deze uitspraak;
- veroordeelt de minister in de proceskosten van de vennootschap tot een bedrag van
- draagt de minister op het betaalde griffierecht van € 365,- aan de vennootschap te vergoeden.