ECLI:NL:CBB:2022:56

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
1 februari 2022
Publicatiedatum
31 januari 2022
Zaaknummer
20/556
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Vervallenverklaring van fosfaatrecht in het kader van de Meststoffenwet

In deze zaak, behandeld door het College van Beroep voor het bedrijfsleven, is de appellante, een maatschap gevestigd in [plaats], in beroep gegaan tegen een eerdere uitspraak van de enkelvoudige kamer van 6 juli 2021. De uitspraak betrof de vaststelling van het fosfaatrecht van de appellante, dat abusievelijk was vastgesteld op 3.242 kg. De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit trad op als verweerder in deze procedure.

Het College heeft de partijen in de gelegenheid gesteld om te reageren op het voornemen om de eerdere uitspraak van 6 juli 2021 vervallen te verklaren. Beide partijen hebben hierop gereageerd. Na zorgvuldige overweging heeft het College besloten dat de eerdere uitspraak niet correct was en heeft het deze vervallen verklaard. Dit besluit is genomen op 1 februari 2022 en is openbaar uitgesproken.

De uitspraak van het College is gedaan door mr. M. van Duuren, met mr. I.S. Post als griffier. De beslissing om de uitspraak van 6 juli 2021 te vervallen te verklaren, is een belangrijke stap in het kader van de Meststoffenwet, waarbij de juiste vaststelling van fosfaatrechten van groot belang is voor de betrokken partijen.

Uitspraak

uitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 20/556
uitspraak tot vervallenverklaring van de uitspraak van de enkelvoudige kamer van6 juli 2021 in de zaak tussen

Maatschap [naam] , te [plaats] , appellante

(gemachtigde: ing. J. Pot),
en

de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder

(gemachtigde: mr. T. Meijer).

Procesverloop

Partijen zijn in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over het voornemen van het College
om de uitspraak van 6 juli 2021 vervallen te verklaren. Beide partijen hebben op dit voornemen gereageerd.

Overwegingen

Het College heeft bij uitspraak van 6 juli 2021 het fosfaatrecht van appellante abusievelijk vastgesteld op 3.242 kg. Dit is voor het College aanleiding om de uitspraak van 6 juli 2021 vervallen te verklaren.

Beslissing

Het College verklaart zijn uitspraak van 6 juli 2021 (20/556) vervallen.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M. van Duuren, in aanwezigheid van mr. I.S. Post, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 1 februari 2022.
De voorzitter is verhinderd De griffier is verhinderd
de uitspraak te ondertekenen. de uitspraak te ondertekenen.