ECLI:NL:CBB:2021:1012
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- T. Pavićević
- M.R. Broeze
- Rechtspraak.nl
Herberekening van betalingsrechten en subsidiabiliteit van percelen in het kader van het GLB
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 23 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een vennootschap onder firma en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De vennootschap, appellante, had bezwaar gemaakt tegen de herberekening van haar betalingsrechten voor het jaar 2017, zoals vastgesteld in het primaire besluit van 10 juli 2020. De minister had vastgesteld dat appellante te veel had ontvangen en had dit bedrag teruggevorderd. Appellante stelde dat de herberekening onterecht was, omdat de oppervlakte van haar percelen kleiner was vastgesteld dan opgegeven in de Gecombineerde Opgave.
Het College heeft de argumenten van appellante beoordeeld, waaronder de subsidiabiliteit van de rand van de watergang en de verbindingsstrook. Het College oordeelde dat de rand van de watergang niet subsidiabel was, omdat deze niet voldeed aan de eisen voor subsidiabele hectares. De minister had op basis van luchtfoto's en andere gegevens de oppervlakte van de percelen correct vastgesteld. Het College concludeerde dat de terugvordering niet was verjaard, omdat deze binnen de wettelijke termijn was uitgevoerd.
Uiteindelijk verklaarde het College het beroep van appellante ongegrond, en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door mr. T. Pavićević, met mr. M.R. Broeze als griffier.