Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
[naam 1] , te [plaats] , verzoeker,
de Kamer van Koophandel, verweerster
Procesverloop
Overwegingen
Verzoeker heeft een verzoek ingediend om vrijstelling van het betalen van griffierecht. Ten aanzien hiervan overweegt de voorzieningenrechter dat het College in zijn uitspraak van 23 maart 2017 (ECLI:NL:CBB:2017:104) heeft geoordeeld dat bij onvoldoende financiële draagkracht heffing van het griffierecht de toegang tot de rechter kan belemmeren. In een dergelijke situatie kan vrijstelling van het betalen van griffierecht worden verleend. Om hiervoor in aanmerking te komen moet een rechtzoekende aannemelijk maken dat zijn maandelijkse netto-inkomen minder bedraagt dan 90% van de voor een alleenstaande geldende (maximale) bijstandsnorm en dat hij ook niet beschikt over vermogen waaruit het griffierecht kan worden betaald. Hierbij is de gezinssamenstelling van de rechtzoekende niet van belang en moet het inkomen en vermogen van een eventuele fiscale partner worden opgeteld bij het inkomen en vermogen van de rechtzoekende. De rechtzoekende die vrijstelling van het betalen van griffierecht wil krijgen, moet dit uiterlijk voor het einde van de betalingstermijn verzoeken. Op basis van de door verzoeker ingediende gegevens voldeed hij in de periode waarin griffierecht was verschuldigd aan de voorwaarden voor vrijstelling van de betaling van griffierecht zoals hiervoor genoemd. Aan hem wordt daarom vrijstelling van de betaling van griffierecht verleend.
Beslissing
- schorst het bestreden besluit en het primaire besluit totdat op het beroep is beslist;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.