In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 27 november 2018, met zaaknummers 17/1280 en 17/1861, staat de juridische status van een toegelaten taxi organisatie (TTO) centraal. De appellant, werkzaam als taxichauffeur in Amsterdam, had bezwaar gemaakt tegen een schorsing van zijn aansluiting bij Taxi Centrale Schiphol (TCS) en de daaropvolgende schorsing van zijn Taxxxivergunning door het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam (B&W). De appellant betoogde dat TCS als bestuursorgaan moet worden aangemerkt, omdat het volgens hem met openbaar gezag is bekleed. Het College oordeelt echter dat TCS geen bestuursorgaan is, omdat er geen wettelijk voorschrift is dat TCS met openbaar gezag bekleedt. De publiekrechtelijke gezagsuitoefening blijft bij B&W, die besluiten neemt ten aanzien van de TTO en de taxichauffeurs. Het College concludeert dat de bestreden beslissing van TCS geen besluit is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), waardoor het College onbevoegd is om hierover te oordelen. De appellant kan zijn geschil met TCS enkel voorleggen aan de burgerlijke rechter. De uitspraak benadrukt het belang van de juridische scheiding tussen privaatrechtelijke en publiekrechtelijke verantwoordelijkheden in het taxivervoer.