Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de meervoudige kamer van 25 september 2018 in de zaak tussen
[Stichting] , te [plaats] , appellante
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
14) Inzet testkotters
(…)”
14) De kosten Inzet testkotters – uitvoering praktijktesten (€ 240.000) zijn onderbouwd met een kostenraming per kotter. Het betreft de inzet per vaartuig van € 4.000 per week (…). In deze € 4.000 is opgenomen: Een vergoeding voor de bemanning en schipper voor het uitvoeren van diverse testen, verstelwerkzaamheden, gebruikskosten van het schip, medewerking in aanleveren deelrapportages testen. (…)”
Voor het testen van het effect van maaswijdte vergroting op de vangst zijn inmiddels twee schepen bereid gevonden om mee te werken, namelijk de [… 2] en de [… 1] . Ook voor deze garnalenkotters zijn overeenkomsten gesloten met de [Stichting] . Per kotter is € 40.000,00 begroot in de overeenkomst voor de uitvoering van de praktijktesten met vergroting maaswijdtes. (…) In de bijlage worden alle getekende opdrachtbevestigingen tussen [Stichting] en testkotters toegevoegd.
(…)”
17 december 2015 gedeeltelijk goedgekeurd. Verweerder heeft de door appellante voorgestelde aanpassing van het budget voor het subsidiabel stellen van het visvangstverlies afgewezen. Verweerder heeft zich daarbij op het standpunt gesteld dat bij de verlening van de subsidie de kosten voor inzet van bemanning en schip reeds als subsidiabele kosten zijn goedgekeurd en dat er geen grond bestaat om hierbij ook het visvangstverlies te vergoeden, terwijl het vergoeden hiervan in redelijkheid ook niet als noodzakelijk kan worden beschouwd.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- draagt verweerder op binnen zes weken na de dag van verzending van deze uitspraak een nieuw besluit te nemen op het bezwaar met inachtneming van deze uitspraak;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 334,- aan appellante te vergoeden;