ECLI:NL:CBB:2018:379
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag betalingsrechten GLB door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 17 juli 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen een V.O.F. en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de afwijzing van een aanvraag voor betalingsrechten op grond van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). De appellante had op 29 december 2015 een aanvraag ingediend voor toewijzing van betalingsrechten, maar deze werd afgewezen omdat zij in 2013 niet voldeed aan de voorwaarden voor directe betalingen. De minister stelde vast dat appellante niet minimaal 0,3 hectare gewassen had geteeld en dat er geen bewijs was van landbouwactiviteiten in dat jaar. Appellante heeft bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar het bezwaar werd ongegrond verklaard in een besluit van 27 januari 2017.
Tijdens de zitting op 3 mei 2018 heeft appellante haar standpunt toegelicht, waarbij zij aanvoerde dat onduidelijkheid in de subsidieregeling en angst voor dubbeltellingen haar hadden weerhouden om correct te handelen bij de indiening van de Gecombineerde opgave 2015. Het College heeft echter geoordeeld dat er geen sprake was van een kennelijke fout in de aanvraag en dat de minister terecht de aanvraag had afgewezen. De beroepsgrond van appellante dat zij onevenredig zwaar werd getroffen door de afwijzing, werd eveneens verworpen, omdat de vereisten voor toewijzing van betalingsrechten wettelijk zijn vastgelegd en er geen ruimte is voor een belangenafweging.
De uitspraak concludeert dat het beroep ongegrond is en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De beslissing is openbaar uitgesproken op 17 juli 2018.