ECLI:NL:CBB:2014:218
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- H.A.B. van Dorst-Tatomir
- E. Dijt
- M.M. Smorenburg
- Rechtspraak.nl
Afwijzing en terugvordering van Europese uitvoerrestitutie voor runderen op grond van Verordening (EG) 817/2010
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 13 juni 2014, werd de afwijzing en terugvordering van Europese uitvoerrestitutie voor runderen behandeld. De staatssecretaris van Economische Zaken was verweerder in deze zaak, waarbij drie appellanten betrokken waren: [naam 1], Vion Livestock B.V., en Masterrind GmbH. De appellanten hadden in 2010 runderen uitgevoerd naar landen buiten de EU en vroegen uitvoerrestitutie aan op basis van Verordening (EG) nr. 612/2009. De aanvragen werden echter afgewezen door verweerder, die ook terugvordering van reeds uitbetaalde restitutie eiste, met een verhoging van 10% voor twee appellanten.
De bestreden besluiten van verweerder werden door de appellanten bestreden, waarbij zij stelden dat de transporten in overeenstemming met de relevante Europese regelgeving waren uitgevoerd. Verweerder stelde echter dat de appellanten in strijd hadden gehandeld met de controlevoorschriften, omdat de runderen bij het opnieuw inladen niet opnieuw gekeurd waren door een dierenarts, wat volgens de regelgeving noodzakelijk was. Het College oordeelde dat de bestreden besluiten in strijd waren met de Algemene wet bestuursrecht, maar dat de rechtsgevolgen in stand konden blijven, omdat de afwijzing van de restitutie terecht was.
Het College concludeerde dat de appellanten niet hadden aangetoond dat hun werkwijze in overeenstemming was met de Europese voorschriften en dat de terugvordering van de restitutie gerechtvaardigd was. De appellanten werden in de proceskosten veroordeeld, die door het College werden vastgesteld op € 1461,--. De uitspraak benadrukt de noodzaak van naleving van de Europese regelgeving inzake dierenwelzijn en de gevolgen van niet-naleving voor de uitvoerrestitutie.