Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
Uitspraak van de meervoudige kamer van 16 september 2013 in de zaak tussen
v.o.f. [A], te [vestigingsplaats], appellante
de Staatssecretaris van Economische Zaken, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
€ 28.392,68 nabetaald. Vervolgens heeft verweerder bij besluit van 4 juni 2012 een nieuwe beslissing op bezwaar genomen. Daarbij is voor perceel 21 een oppervlakte geconstateerd (vastgesteld) van 10.52 ha. terwijl appellante 19.57 ha. had opgegeven. Verweerder heeft daarom een extra korting toegepast van € 15.209,94. De netto bedrijfstoeslag voor 2010 is in dit herziene besluit vastgesteld op € 47.269,58. Aangezien appellante reeds € 61.157,05 had ontvangen heeft verweerder het door appellante terug te betalen bedrag vastgesteld op € 13.887,47.
Aangezien de kaartlaag van de referentiepercelen voldoende nauwkeurig en actueel moet zijn, is in 2009 een nieuwe kaartlaag Agrarisch Areaal Nederland (AAN) ingevoerd. Daarbij zijn de perceelsgrenzen nauwkeuriger dan voorheen langs diverse landschapselementen gelegd en zijn niet-subsidiabele delen daarbuiten gelaten. Weggelaten zijn onder meer water, paden en bermen.
€ 15.209,94.
7. Voor zover appellante bezwaar maakt tegen het feit dat verweerder hangende het beroep is overgegaan tot hernieuwde beoordeling van een perceel dat geen onderdeel uitmaakte van het geschil, overweegt het College dat verweerder zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat ook los van een beroepsprocedure de verplichting bestaat tot correctie van een besluit indien in strijd met het Europese gemeenschapsrecht financiële aanspraken zijn toegekend. Appellante zou derhalve sowieso rekening hebben moeten houden met een gewijzigde vaststelling van de bedrijfstoeslag voor 2010, ook al had het verre de voorkeur gehad dat verweerder deze correctie in een eerder stadium had doorgevoerd.
Beslissing
16 september 2013.