ECLI:NL:CBB:2009:BI7334
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Wijziging van de Verordening op de kansspelen in de gemeente Den Haag en de ontvankelijkheid van bezwaar
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 3 juni 2009 uitspraak gedaan in een geschil tussen Swiss Leisure Group Holland B.V. en de gemeente Den Haag. De zaak betreft de wijziging van de Verordening op de kansspelen, waarbij het college van burgemeester en wethouders van Den Haag op 8 november 2007 een voorstel heeft gedaan om het maximaal aantal speelautomatenhallen in het centrum van Den Haag te verhogen van twee naar drie, terwijl het aantal in Scheveningen werd verlaagd van zes naar vier. Swiss Leisure Group Holland B.V. heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van 22 mei 2008, waarin het bezwaar niet-ontvankelijk werd verklaard. De appellante stelde dat de wijziging van de verordening niet als een algemeen verbindend voorschrift kan worden aangemerkt, maar als een beschikking die specifiek gericht is op de exploitatie van een speelautomatenhal door Hommerson’s Sportland B.V. Het College heeft echter geoordeeld dat de wijziging van de Verordening een bindende regel betreft die van toepassing is op een onbepaalde groep rechtssubjecten en dat het bezwaar van appellante terecht niet-ontvankelijk is verklaard. Het College heeft het beroep ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling uitgesproken.