ECLI:NL:CBB:2008:BD2025
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- E.J.M. Heijs
- F. Stuurop
- S.C. Stuldreher
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep inzake Boswet en termijnoverschrijding
In deze zaak heeft appellant, A, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, waarin het bezwaar van appellant tegen de weigering van ontheffing van de verplichting tot herbeplanting op grond van de Boswet ongegrond werd verklaard. Het beroep werd ingesteld op 8 september 2006, terwijl het bestreden besluit op 14 december 2005 was verzonden. De termijn voor het indienen van beroep bedraagt zes weken, zoals bepaald in de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft vastgesteld dat appellant ruimschoots buiten deze termijn heeft gehandeld. Appellant voerde aan dat de termijnoverschrijding verschoonbaar was, omdat hij het bestreden besluit niet had ontvangen. Echter, het College oordeelde dat, zelfs als appellant pas eind juli 2006 op de hoogte was van het besluit, hij niet tijdig beroep had ingesteld. Appellant had op 27 juli 2006 vernomen dat zijn bezwaar ongegrond was verklaard en ontving de volgende dag een afschrift van het besluit. Het College benadrukte dat het de verantwoordelijkheid van appellant was om na kennisname van het besluit zo snel mogelijk beroep in te stellen.
Uiteindelijk concludeerde het College dat het beroep niet-ontvankelijk moest worden verklaard, omdat appellant niet binnen de wettelijke termijn had gehandeld. Er waren geen termen aanwezig voor een proceskostenvergoeding. De uitspraak werd gedaan op 29 april 2008, waarbij de betrokken rechters de beslissing in het openbaar uitspraken.