ECLI:NL:CBB:2006:AZ2659
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- C.M. Wolters
- E.J.M. Heijs
- G.A.J. van den Hurk
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen opgelegde superheffing in de melksector
In deze zaak heeft appellant, een melkproducent, beroep ingesteld tegen een besluit van het Productschap Zuivel, waarbij hem een superheffing van € 11.401,60 werd opgelegd over de rechtstreekse verkoop van 32.000 kg melk in de heffingsperiode 2003/2004. De heffing is gebaseerd op een rapport van de AID, waarin werd vastgesteld dat appellant melk had geleverd aan een kalvermester zonder dat hiervoor een opgave was gedaan aan de COS. Appellant betwistte de heffing en voerde aan dat er geen sprake was van rechtstreekse verkoop, omdat de melk niet in de handel was gebracht en er geen betaling voor had plaatsgevonden. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelde dat de betrokken melk als rechtstreekse verkoop moest worden aangemerkt, aangezien de ontvanger van de melk niet als koper kon worden aangemerkt. Appellant beschikte niet over een referentiehoeveelheid voor rechtstreekse verkoop, waardoor hij superheffing verschuldigd was over de totale hoeveelheid melk die in de betrokken heffingsperiode was geleverd. Het College concludeerde dat de opgelegde heffing rechtmatig was en verklaarde het beroep ongegrond.