ECLI:NL:CBB:2001:AD4871
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- B. Verwayen
- J.A. Hagen
- M.A. Fierstra
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijkverklaring bezwaar USA-erkenning kalfsvleesexport
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 16 oktober 2001 uitspraak gedaan in het beroep van Ekro B.V. tegen de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Het geschil betreft de niet-ontvankelijkverklaring van het bezwaar van appellante tegen een besluit van de Directeur van de Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees (RVV) van 28 april 1999, waarin werd medegedeeld dat het procesbeheerssysteem van appellante niet was goedgekeurd en dat haar bedrijf met ingang van 1 mei 1999 van de lijst van goedgekeurde bedrijven voor export naar de Verenigde Staten (USA) werd verwijderd. Appellante heeft op 21 december 1999 een beroepschrift ingediend, waarna de procedure volgde met een zitting op 4 september 2001.
De kern van het geschil draait om de vraag of de brief van de Directeur van de RVV een besluit is in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Appellante stelt dat de intrekking van de USA-erkenning een publiekrechtelijke rechtshandeling is die gericht is op rechtsgevolg, terwijl verweerder meent dat er geen sprake is van een besluit omdat het handelen van de RVV niet gericht is op enig rechtsgevolg. Het College oordeelt dat de brief van de Directeur van de RVV wel degelijk een besluit bevat, aangezien de intrekking van de USA-erkenning directe gevolgen heeft voor de exportmogelijkheden van appellante.
Het College vernietigt het bestreden besluit en oordeelt dat verweerder opnieuw op het bezwaar van appellante moet beslissen. Tevens wordt verweerder veroordeeld in de proceskosten van appellante, vastgesteld op fl. 1.420,--, en dient het griffierecht van fl. 450,-- aan appellante te worden vergoed door de Staat.