ECLI:NL:RVS:2025:2043
Raad van State
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake openbaarmaking van correspondentie over asielopvang van minderjarigen
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 24 augustus 2023. De rechtbank had het beroep van [appellant] tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Sint-Michielsgestel van 9 maart 2023 ongegrond verklaard. Het hoger beroep is ingesteld naar aanleiding van een verzoek op grond van de Wet open overheid, waarin [appellant] vroeg om alle correspondentie over asielopvang van minderjarigen vanaf 1 januari 2022. Het college heeft een brief van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 6 oktober 2022 openbaar gemaakt, maar [appellant] was van mening dat er meer informatie beschikbaar moest zijn.
De mondelinge uitspraak vond plaats op 28 april 2025, waarbij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigde. De Afdeling oordeelde dat er geen reden was om het hoger beroep niet-ontvankelijk te verklaren wegens misbruik van recht, aangezien [appellant] met zijn verzoek naar mogelijkheden zocht om hulpbehoevenden te helpen. De Afdeling onderschreef het oordeel van de rechtbank over de toetsing aan de Wet open overheid en bevestigde dat het college geen proceskosten hoefde te vergoeden. De uitspraak benadrukt het belang van transparantie in de omgang met informatie over asielopvang en de rechten van burgers om informatie op te vragen.