ECLI:NL:RVS:2023:46
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak tegen staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 6 januari 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling had genomen. Dit besluit was genomen op 26 september 2022. De vreemdeling had hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, die op 31 oktober 2022 het beroep gegrond verklaarde en de staatssecretaris opdroeg de aanvraag in behandeling te nemen. De staatssecretaris ging in hoger beroep tegen deze uitspraak en verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, zodat hij de uitspraak van de rechtbank niet hoefde uit te voeren totdat de Afdeling op het hoger beroep had beslist.
De voorzieningenrechter heeft de belangen van zowel de staatssecretaris als de vreemdeling afgewogen. Gezien de omstandigheden heeft de voorzieningenrechter besloten om de voorlopige voorziening te treffen, wat betekent dat de staatssecretaris niet verplicht is om de uitspraak van de rechtbank uit te voeren totdat er een beslissing is genomen in het hoger beroep. De voorzieningenrechter heeft ook bepaald dat de staatssecretaris geen proceskosten hoeft te vergoeden. Deze uitspraak is gedaan door mr. C.J. Borman, in tegenwoordigheid van mr. C.M.J.B. A Campo, griffier.