ECLI:NL:RVS:2023:3273
Raad van State
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verblijfsvergunning asiel op basis van geloofwaardigheid asielrelaas
Op 8 juni 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep aangetekend bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam. Op 6 juli 2023 heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. J.M. Niemer, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
In de overwegingen van de Raad van State werd vastgesteld dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat de staatssecretaris zich op goede gronden op het standpunt heeft gesteld dat de vreemdeling's asielrelaas, waarin hij problemen met de guerrillabeweging ELN naar voren bracht, niet geloofwaardig is. De vreemdeling heeft slechts marginale politieke activiteiten verricht en zijn verklaringen over belangrijke punten in zijn asielrelaas, zoals dreigbrieven, waren vaag, ongerijmd en soms tegenstrijdig.
De Raad van State oordeelde dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. Het hogerberoepschrift bevatte geen vragen die in het belang van de rechtseenheid, rechtsontwikkeling of rechtsbescherming beantwoord moesten worden. Daarom werd het hoger beroep ongegrond verklaard en werd de uitspraak van de rechtbank bevestigd. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden.